Veelgestelde vragen

Op deze pagina vindt u een overzicht van veelgestelde vragen per categorie.
Zoekt u toch naar iets anders? Gebruik de zoekfunctie op de homepagina van deze website, of neem contact op met de ODBN.

  • Over de ODBN

    1. De ODBN werkt voor de 10 gemeenten in Noordoost-Brabant en voor de provincie Noord Brabant. Zie hier de kaart van het werkgebied

  • Bodem

    1. Voor bouwen en verbouwen is vaak een vergunning nodig.  De regels voor bodem liggen vast in de Wet bodembescherming. Particulieren krijgen te maken met de regels voor bodem, bijvoorbeeld als ze een uitbouw aan hun huis willen bouwen. Informatie over de eisen en voorwaarden kunt u vinden bij uw gemeente. Welke maatregelen u moet nemen bij bouw en verbouw is afhankelijk van lokaal beleid. Gemeenten en provincies werken de nationale wetgeving uit in lokaal beleid voor hun grondgebied. Dit beleid is onder andere vastgelegd in bestemmingsplannen. Kijk verder op onze expertise pagina bodem voor de juiste informatie en links. 

  • Klachten

    1. Milieuklacht
      Ervaart u overlast van geur, geluid, trillingen of stof van bedrijven in Brabant? Constateert u bodem, lucht- of waterverontreiniging of ziet u afvaldumpingen? Hebt u vragen of meldingen over de kwaliteit van zwemwater? Meld dit bij de MilieuKlachtenCentrale. Wilt u een duidelijk overzicht waar u welke klacht moet indienen? Kijk dan op de pagina van MilieuKlachtenCentrale.

      Klacht buitengebied
      Heeft u een klacht over stropen, wildcrossen, of afvaldumpingen in het buitengebied? Bel 0900-9965432. Samen Sterk in Brabant (SSiB) handelt deze klacht af, of zet het door naar de juiste organisatie. 

      Klacht over organisatie ODBN of SSiB
      Heeft u een klacht over de ODBN of over SSiB, of over een medewerker van één van deze organisaties? Stuur dan een brief naar de ODBN, of een mail aan info@odbn.nl en vermeld duidelijk waar de klacht over gaat. 

       

  • Toezicht en Handhaving

    1. Toezichthouders van de ODBN  dragen een legitimatiebewijs van de ODBN. Een legitimatiebewijs is verplicht.  Vaak dragen ze ook een gele jas met de tekst "toezicht en handhaving". Het dragen van zo'n jas is niet verplicht. Dat hangt af van de weersomstandigheden. 

    2. Het legitimatiebewijs van een toezichthouder bevat:
      a. de naam, hoedanigheid en handtekening van de toezichthouder;
      b. een foto van de toezichthouder;
      c. de naam, het correspondentieadres en het telefoonnummer van het bestuursorgaan of het onderdeel daarvan, waarvoor de toezichthouder werkzaam is;
      d. de naam en handtekening van degene, die het bewijs namens het bestuursorgaan heeft afgegeven;
      e. een omschrijving van de wettelijke voorschriften, met het toezicht waarop de toezichthouder is belast;
      f. de datum van afgifte van het legitimatiebewijs.
      Artikel 2 Het legitimatiebewijs bevat het logo of beeldmerk van het bestuursorgaan of het onderdeel daarvan, waarvoor de toezichthouder werkzaam is.
      Artikel 3 Op het legitimatiebewijs worden vermeld:
      legitimatiebewijs en toezichthouder als bedoeld in artikel 5:11 van de Algemene wet bestuursrecht.
      Artikel 4 De foto op het legitimatiebewijs is een pasfoto, die een duidelijk en goed gelijkend beeld van de toezichthouder toont.

    3. Bedrijven in Nederland moeten zich houden aan de regels voor veiligheid, gezondheid en milieu. In een vergunning is vastgelegd hoe bedrijven de leefomgeving veilig en gezond houden. Bedrijven zijn zelf verantwoordelijk voor het nemen van maatregelen. De overheid controleert of dit gebeurt. Dat doet ze door vergunningen te verlenen, en vervolgens toezicht te houden en de regels te handhaven. 

      Gemeenten en provincies kunnen de taken waarvoor ze verantwoordelijk zijn, laten uitvoeren door een Omgevingsdienst. Die dienst mag dan namens de gemeente of provincie in mandaat:

      • vergunningen verlenen;
      • toezicht houden;
      • handhaven.

      Wel blijft de gemeente of de provincie verantwoordelijk. 

      De Omgevingsdienst Brabant Noord voert deze taken uit voor de 10 gemeenten en de provincie Noord-Brabant in de regio Noordoost-Brabant.

    4. De Algemene wet bestuursrecht (art. 5:15 - 5:19) geeft een toezichthouder de volgende bevoegdheden:

      • Een toezichthouder is bevoegd, met medeneming van de benodigde apparatuur, elke plaats te betreden met uitzondering van een woning zonder toestemming van de bewoner. Zo nodig verschaft hij zich toegang met behulp van de sterke arm.
      • Hij is bevoegd zich te doen vergezellen door personen die daartoe door hem zijn aangewezen.
      • Een toezichthouder is bevoegd inlichtingen te vorderen.
      • Een toezichthouder is bevoegd van personen inzage te vorderen van een identiteitsbewijs als bedoeld in
        Een toezichthouder is bevoegd inzage te vorderen van zakelijke gegevens en bescheiden.
      • Hij is bevoegd van de gegevens en bescheiden kopieën te maken. Indien het maken van kopieën niet ter plaatse kan geschieden, is hij bevoegd de gegevens en bescheiden voor dat doel voor korte tijd mee te nemen tegen een door hem af te geven schriftelijk bewijs.
      • Een toezichthouder is bevoegd zaken te onderzoeken, aan opneming te onderwerpen en daarvan monsters te nemen.
      • Hij is bevoegd daartoe verpakkingen te openen.
      • De toezichthouder neemt op verzoek van de belanghebbende indien mogelijk een tweede monster, tenzij bij of krachtens wettelijk voorschrift anders is bepaald.
      • Indien het onderzoek, de opneming of de monsterneming niet ter plaatse kan geschieden, is hij bevoegd de zaken voor dat doel voor korte tijd mee te nemen tegen een door hem af te geven schriftelijk bewijs. (De genomen monsters worden voor zover mogelijk teruggegeven.)
      • De belanghebbende wordt op zijn verzoek zo spoedig mogelijk in kennis gesteld van de resultaten van het onderzoek, de opneming of de monsterneming.
      • Een toezichthouder is bevoegd vervoermiddelen te onderzoeken met betrekking waartoe hij een toezichthoudende taak heeft.
      • Hij is bevoegd vervoermiddelen waarmee naar zijn redelijk oordeel zaken worden vervoerd met betrekking waartoe hij een toezichthoudende taak heeft, op hun lading te onderzoeken.
      • Hij is bevoegd van de bestuurder van een vervoermiddel inzage te vorderen van de wettelijk voorgeschreven bescheiden met betrekking waartoe hij een toezichthoudende taak heeft.
      • Hij is bevoegd met het oog op de uitoefening van deze bevoegdheden van de bestuurder van een voertuig of van de schipper van een vaartuig te vorderen dat deze zijn vervoermiddel stilhoudt en naar een door hem aangewezen plaats overbrengt. (Bij regeling van Onze Minister van Justitie wordt bepaald op welke wijze de vordering tot stilhouden wordt gedaan.)

      Artikel 5:13 van de Awb bepaalt dat een toezichthouder slechts gebruikmaakt van zijn bevoegdheden voor zover dat redelijkerwijs voor de vervulling van zijn taak nodig is.

  • Vergunningen

    1. Een (bestaande) vergunning opvragen kan bij het bevoegd gezag. Het bevoegde gezag is de gemeente waar de vergunning is afgegeven, of de provincie.